Jaarstukken 2019

Jeugd

Inleiding

Algemene programmadoelstelling

We willen dat ieder kind in Utrecht gezond en veilig kan opgroeien en zijn talenten kan ontwikkelen. Als daarbij hulp of ondersteuning nodig is dan organiseren we dat dichtbij, op maat en vanuit de leefwereld.

We kijken terug op een intensief jaar waarin we samen met onze partners in de stad hard hebben gewerkt aan de gemeentebrede ambitie om kinderen gezond en veilig te laten opgroeien. In Utrecht zetten we ons in om een stad te zijn waarin ieder kind en jongere zijn of haar talenten kan ontdekken én ontwikkelen.

Vanaf 2015 werken we aan een ander minder versnipperd zorglandschap voor jeugd met een sterke sociale basis en waar –indien nodig- zorg dichtbij, op maat en vanuit de leefwereld georganiseerd wordt.
We doen dat vanuit een aantal leidende principes:  

  • Leefwereld centraal – kind/gezin/jongere in het dagelijkse leven vormt het uitgangspunt
  • Uitgaan van mogelijkheden –, aansluiten bij wat het kind/gezin/jongere en diens omgeving wel kunnen, normaliseren in plaats van problematiseren
  • Zo nabij mogelijk – zorg beschikbaar in de eigen buurt, maatwerk in aansluiting bij kind/jongere en de leefwereld
  • Doen wat nodig is – in aanvulling op en samen met de inzet vanuit het eigen network
  • Eenvoud – de inhoud is leidend niet het systeem, een overzichtelijk en minder versnipperd zorglandschap, minder bureaucratie
  • Veiligheid van kinderen vormt altijd de ondergrens

Terugkijkend op 2019 (en eerdere Jaren) zien we dat het gewenste zorglandschap steeds meer vorm krijgt en het samenwerken vanuit partnerschap en leidende principes leidt tot nieuwe ideeën en betere zorg. Een mooi voorbeeld daarvan is de dialooggerichte aanbesteding: doordat we van 70 aanbieders naar twee gaan wordt het zorglandschap veel eenvoudiger en overzichtelijker. En door de organisatie van de aanvullende zorg in buurtgerichte teams kan zorg beter aansluiten bij de leefwereld.

In 2015 hebben we de ambitie uitgesproken om kinderrechtenstad te zijn. In 2019 zetten we de beweging om kinderen en jongeren in Utrecht een stem te geven en te betrekken bij de inrichting van onze stad voort. Zo hebben jongeren intensief meegedacht tijdens de dialooggerichte aanbesteding van de aanvullende jeugdhulp en is het 30 jarige jubileum van het kinderrechtenverdrag in november op Utrechtse wijze gevierd met een feest voor en door kinderen.

Met de doorontwikkelde webapplicatie Ervaringwijzer stimuleren we onze partners om kinderen en jongeren een stem te geven en hun ervaringen te betrekken bij de verbetering van de kwaliteit van de zorg.

In Utrecht maken we werk van de 'beweging naar voren': door in te zetten op het betrekken en versterken van de sociale basis verwachten we dat een beroep op (zwaardere) zorg vaker kan worden voorkomen. Het afgelopen jaar hebben we hier fors op geïnvesteerd. Zo is de ‘pilot BSO plus’ inmiddels onderdeel van onze reguliere inzet en werkten we samen met JGZ en het buurtteam aan een preventieve aanpak bij de ondersteuning rond opvoedvragen van ouders.

Als zorg of ondersteuning nodig is, moet deze goed toegankelijk en snel beschikbaar zijn en niet langer duren dan nodig is. Om het bereik en de beschikbaarheid van zorg zo goed mogelijk te laten aansluiten bij de vraag organiseren we de zorg dichtbij en in de buurt, en met het betrekken van de leefwereld. De basiszorg is al vanaf 2015 in de buurt georganiseerd. In 2019 hebben we met de dialooggerichte aanbesteding doorlopen voor de aanvullende Zorg voor Jeugd met de opdracht om deze vanaf 2020 ook te organiseren in teams in de buurt. De opdracht is vanaf 1 januari 2020 gegund aan KOOS Utrecht en Spoor030. Deze partijen hebben ieder in een deel van de stad de opdracht om de aanvullende jeugdhulp in de buurt te organiseren.

Met de Raad voor de Kinderbescherming, SVMN en de buurtteam organisatie Lokalis zijn we gestart met de ‘pilot ketenversnelling’, met als doel om de samenwerking te verbeteren en de keten van jeugdbescherming te verkorten. We verwachten dat we hierdoor beter en sneller passende zorg kunnen bieden aan cliënten en dat vereenvoudiging van de keten daarnaast positief bijdraagt aan de door aanbieders ervaren krapte in de arbeidsmarkt.

Wat betreft de jeugdbescherming kijken we terug op een jaar waarin veel aandacht is uitgegaan naar de ontwikkeling van de organisatie Samen Veilig Midden Nederland (SVMN). Dit heeft geleid tot een veranderagenda voor en door SVMN.

Speeltuin Watergeus heeft in 2019 een succesvol traject tot verzelfstandiging doorlopen. Inmiddels zijn elf speeltuinen vanaf begin 2018 verzelfstandigd en ontwikkelen zij zich steeds meer tot bruisende speeltuinen met veel betrokkenheid vanuit de buurt. De overige tien speeltuinen doorlopen het proces tot verzelfstandiging op eigen tempo.

De afgelopen jaren hebben wij scherp aan de wind gevaren en de financiële krapte maximaal benut om de transformatie te versnellen. We zien echter dat de spanning in het zorgveld toeneemt en er structureel meer geld nodig is om alle kinderen passende zorg te bieden zodat onder andere de wachttijden niet verder oplopen. Met de meicirculaire 2019 heeft het rijk incidenteel extra middelen voor Jeugdhulp beschikbaar gesteld voor de jaren 2019, 2020 en 2021. We zetten de extra middelen in ten behoeve van een stabiel en financieel gezond(er) zorglandschap dat in staat is om continu te blijven ontwikkelen en verbeteren. Namelijk het ‘Versterken van de beweging naar voren’ en de ‘Transformatie Utrechtse zorglandschap en soepele overgang naar 2020’.
We verwachten dat investeren in bovengenoemde zaken uiteindelijk zal renderen en de vraag naar duurdere zorg zal ‘afvlakken’. Hier staat tegenover dat we vooralsnog jaarlijks een autonome groei van de zorg zien en het vrijwel zeker is dat er ook vanaf 2022 extra geld nodig zal zijn. Dit zien we landelijk ook gebeuren.

Los van de middelen die voor jeugdhulp beschikbaar zijn zien we een aantal ontwikkelingen in de omgeving, waar we weinig tot geen invloed op hebben, die de vraag naar jeugdhulp omhoog stuwen waardoor het tekort verder oploopt en de financiële onzekerheid toeneemt. Voorbeelden hiervan zijn:

  • Gebrek aan betaalbare woonruimte, waardoor jongeren die toe zijn aan de volgende stap onnodig lang in dure verblijfsvoorzieningen blijven. Dit komt zowel door een tekort aan woningen, als ook door wettelijke regelingen die belemmerend werken op de betaalbaarheid (bijvoorbeeld kostendelersnorm en ontoereikende hoogte huurtoeslag).
  • Wachtlijsten bij de Raad voor de Kinderbescherming (financiering rijk) waardoor druk ontstaat op partners aan de voorkant van de keten, die de gemeente financiert.
  • Door krapte op de arbeidsmarkt voor zorgprofessionals ontstaan er wachtlijsten waardoor zorg onnodig langer duurt en problemen onnodig kunnen verergeren. Daarnaast gaan de kosten van gekwalificeerde professionals omhoog.

Tot slot: de ambitie om kinderen gezond en veilig te laten opgroeien overstijgt het programma jeugd . Ook vanuit andere programma’s wordt bijgedragen aan deze doelstelling, voorbeelden daarvan is de samenwerking met het programma Wonen rond de realisatie van meer betaalbare woonruimte voor kwetsbare jongeren en gezinnen en de samenwerking met het programma Volksgezondheid rond de ontwikkeling van een preventieve collectieve aanpak van opvoedvragen.

Verplichte BBV Indicatoren

Om een eenduidig beeld te vormen over de beleidsresultaten van de gemeente en gemeenten onderling te kunnen vergelijken is er een aantal wettelijke verplichte indicatoren bij de programma’s opgenomen.

Indicator

Eenheid

Bron

2015

2016

2017

2018

2019

Jongeren met een delict voor de rechter

% 12 t/m 21 jarigen

Verwey Jonker Instituut – Kinderen in Tel

2,05

Gegevens niet beschik-baar

Gegevens niet beschik-baar

Gegevens niet beschik-baar

Gegevens niet beschik-baar

Kinderen in uitkeringsgezin

% kinderen tot 18 jaar

Verwey Jonker Instituut – Kinderen in Tel

8,41

Gegevens niet beschik-baar

Gegevens niet beschik-baar

Gegevens niet beschik-baar

Gegevens niet beschik-baar

Jongeren met jeugdhulp

% van alle jongeren tot 18 jaar

CBS

Gegevens niet beschik-baar

12,2

12,5

11,2

 13*

Jongeren met jeugdbescherming

% van alle jongeren tot 18 jaar

CBS

0,9

0,9

0,9

0,8

0,8*

Jongeren met jeugdreclassering

% van alle jongeren van 12 tot 23 jaar

CBS

0,4

0,4

0,4

0,4

0,4*

* CBS data betreffen het eerste half jaar van 2019
De data met betrekking tot de BBV indicatoren wordt landelijk verzameld door het Verwey-Jonker instituut. Voor de indicatoren ‘Jongeren met een delict voor de rechter’ en ‘Kinderen in uitkeringsgezin’ worden deze gegevens sinds 2016 niet meer verzameld. Hierom kunnen wij deze informatie niet verstrekken.
De CBS-cijfers laten een toename zien van het aantal jongeren dat jeugdhulp ontvangt (13% over het eerste halfjaar van 2019 ten opzichte van 11,2% over 2018). Dit percentage is gebaseerd op data die aanbieders van de aanvullende jeugdhulp en het buurtteam zelf rechtstreeks bij het CBS aanleveren.
Voorgaande jaren is gebleken dat de data van het CBS vaak niet overeen komen met de data die wij als gemeente hebben (iJW- berichtenverkeer en rapportages van het buurtteam).
Ook op basis van onze voorlopige cijfers over heel 2019 zien wij een stijging van het aantal unieke cliënten dat zorg ontvangt in 2019 ten opzichte van de jaren ervoor. De data over het bereik van het buurtteam in 2019 zijn nog niet bekend. Eén van de verklaringen is de toenemende duur van trajecten; de instroom is groter dan de uitstroom. Bij de bespreking van de uitvoeringsagenda zijn de definitieve cijfers over 2019 bekend, ook van het buurtteam. Aan de hand van deze gegevens zullen we hierop verder verdiepen.

Meerjarig overzicht per prestatiedoelstelling

x € 1.000

Omschrijving

Actuele
Begroting
2018

Realisatie
2018

Actuele
begroting
2019

Realisatie
2019

Actuele
begroting
2020

15-1-1-1

Gewoon opvoeden

 -4.101

 -3.864

 -3.921

 -3.813

 -4.217

Buurtteams Jeugd en Gezin

 -20.096

 -19.372

 -20.629

 -20.809

 -20.817

15-1-1-2

15-1-1-3

Aanvullende zorg

 -47.878

 -47.162

 -60.790

 -55.131

 -62.639

Jeugdbescherming

 -10.011

 -10.448

 -10.038

 -10.271

 -11.547

15-1-1-4

Totaal

 -82.086

 -80.846

 -95.379

 -90.025

 -99.219

Bovenstaande tabellen geven een overzicht van het saldo van baten en lasten per prestatiedoelstelling voor het hele programma weer.

ga terug
Deze pagina is gebouwd op 05/12/2020 12:37:39 met de export van 05/04/2020 12:44:28